In oktober zijn mijn beppe,
mijn vader en mijn zus geboren. En ik zou het graag met ze vieren. In levende lijve gaat dat niet meer maar over hen schrijven kan wel. De eerste verjaardag zonder mijn zus Lia hebben we alle schelpen die er in en rond haar huis lagen teruggebracht naar haar lievelingseiland Schiermonnikoog.
Toen bekend was dat ze een ongeneeslijke ziekte had en ze gestopt was met de behandelingen heb ik ook geschreven, voor en aan haar. En gelukkig kon ik haar dat geven en kon ze dat toen lezen. Wonderlijk hoe het leven haar loop elke keer weer neemt want tijdens haar begrafenis heb ik niks gezegd en ik stond niet genoemd in de liturgie terwijl mijn vader, broer en zus wel wat zeiden en wel in de liturgie stonden. Ik was van mijn plek gegaan en het leven gaf me daar een harde les. Nu, tweeënhalf jaar later, kan ik die les op waarde schatten. En blij zijn dat ik mijn woorden aan haarzelf had kunnen laten lezen. Ik heb die tekst opgezocht omdat ik behoefte heb aan vriendelijkheid.
Lia haar leven is doordrenkt van vriendelijkheid, zorgzaamheid en bereidwilligheid. Geven en ontvangen was niet altijd in balans in haar leven en als je er op een eenvoudige manier naar kijkt zou je kunnen zeggen dat ze in een fase kwam waarin die balans meer op orde kwam en 'vloekwoord', nu liep haar leven op een eind.
René Gude omschreef dat zo: 'je zat in een speedboot richting toekomst, de blik op prachtige ontwikkelingen en plotseling zit je omgekeerd in een roeiboot en kan je alleen nog naar het verleden kijken'. Er was in het laatste stuk van haar leven dan ook veel boosheid en frustratie.
We waren zussen die dichtbij elkaar stonden, veel met elkaar konden lachen en veel met elkaar konden delen. We hebben veel met elkaar opgetrokken, samen opgelopen. En ik schreef haar dat ik het misschien wel het zwaarste stuk vond dat ik haar niet meer kon volgen of naast haar kon lopen op die laatste onbekende weg die ze ging.
Vaak hadden we het over die balans van geven en ontvangen, ze was een gulle gever van aandacht en vriendelijkheid. Dankzij haar heb ik de kracht van die vriendelijkheid en zachtmoedigheid ontdekt. Er was iemand die haar omschreef als zachte kracht, hoezeer de wereld die nodig heeft.
En dat is misschien wel reden dat ik deze blog schrijf omdat ik haar daarin zo mis en de wereld veel meer vriendelijkheid gun.
Lia was gelovig op een manier dat ze ervan overtuigd was dat God ín en tussen de mensen was. Hield erg van de liederen van Huub Oosterhuis. En op haar rouwkaart is daarom een zinsnede uit onderstaand lied gezet: Aardekracht, zonnekracht is Hij, licht in mensen. Prachtig.
WAT IN STILTE BLOEIT
Wat in stilte bloeit, in de luwte van tuinen,
onder de hete zon, op de akker,
heeft Hij bestemd voor de tafel der armen.
Aardekracht, zonkracht is Hij, licht in mensen,
dat wij elkaar verblijden en doen leven,
brood van genade worden, wijn van eeuwig leven.
Maar wie niets hebben, wie zal hen hieraan deel geven?
En die in weelde zwelgen en van niets weten,
wie zal hen naar gerechtigheid doen verlangen?
Aanschijn der aarde, wie zal jou vernieuwen?
Hij die alles zal zijn in allen heeft ons bestemd
om, aarde, jouw aanschijn te vernieuwen
Huub Oosterhuis