woensdag 8 januari 2020

Iets buiten mijn comfortzone: mode en evt een kledingruilbeurs organiseren

Iets doen! 
Mijn handen jeuken nu weer met Australië. We moeten echt iets doen. Maar wát?!?!
Ik heb gedoneerd dat is wel het minste.
En nu hoorde ik vanmiddag (8 januari) een radioprogramma over de kledingindustrie. En misschien is geïnspireerd door deze uitzending, het volgende iets zinvols wat ik zou kunnen organiseren: het betreft een kledingruilbeurs.
Want hoewel mode volledig buiten mijn comfortzone ligt is organiseren iets waar ik goed in ben; mits ik er met mijn hele hart (wholehearted Brené Brown) voor ga.

Australië
De context
De Italiaanse Vogue, zo hoorde ik, begint 2020 met een statement door de covers te laten illustreren door kunstenaars in plaats van fotoshoots. Ze stellen hiermee het milieu minder te belasten omdat er voor zo'n fotoshoot veel mensen vervoerd en ondergebracht moeten worden naar en in een ver weg warm land. Check de uitzending hierover op nporadio1 voor meer informatie.

In de uitzending zat een mevrouw, Aynouk Tan, modedeskundige, die zei dat ze het hypocriet vond en een druppel op de gloeiende plaat. Daarnaast zat er ook een meneer, Ahmet Polat, fotograaf, die zei dat het natuurlijk een goed signaal is en je toch érgens moet beginnen.

Maar wat ik niet wist, ongetwijfeld niet goed opgelet but hey, is dat de kledingindustrie na olie, de 2e meest vervuilende industrie ter wereld is. Voor 1 spijkerbroek is bv 7000 l water nodig. De vervuiling kent vele aspecten: Je hebt de CO2 uitstoot die vrijkomt bij de productie en vervoer, de grote hoeveelheid water die gebruikt wordt bij het telen van de grondstoffen, het verven van de stoffen wat het water vervuild, de vervuiling van grondwater en rivierwater door pesticide, en de immense hoeveelheid afval die het met zich meebrengt omdat fast-fashion niet lang wordt gedragen. En dan hebben we het dus nog niet eens over de gedwongen arbeid, kinderarbeid en slechte arbeidsomstandigheden. Trouw schreef hier vorig jaar een artikel over. En Project Cece heeft een website en blog opgezet rondom duurzame kleding waar ik ook een verhelderend artikel vond.



Aynouk Tan zei: laat Vogue een kledingruilbeurs in een kerk organiseren want als Vogue iets doet heeft dat een enorm effect. En dat voorstel triggerde me; ik heb wel eerder gehoord van kledingruilbeurzen maar ben daar niet eerder naar toe gegaan omdat ik überhaupt niet zoveel met mijn eigen kleding heb; soms zou ik het liefst in een overall stappen 's ochtendsvroeg bij wijze van spreken. Maar goed.

Tan stelde zich ook nog voor dat bladen niet meer wekelijks of maandelijks zouden verschijnen maar veel minder vaak en dat het dan een soort van collectors item zou worden. Ze noemde de voorbeelden Gentlewoman en Purple magazine.
En ze vertelde over en cool initiatief van drie jonge vrouwen in Utrecht die een kledingbibliotheek hebben opgericht.
Concreet
Nu zie ik natuurlijk wel dat er in professionele zin allerlei initiatieven zijn waar het gaat om hergebruik van kleding en überhaupt op een duurzame manier kleding produceren. Maar het begint altijd maar weer bij het begin en dat zijn jij en ik, de klant, de consument. Want wij kopen en wij kopen en wij kopen. Dus er zijn twee mogelijkheden die heel dicht bij het persoonlijke liggen. En dat is ten eerste minder kopen en áls je koopt dan duurzaam. En ten tweede kleding ruilen als je iets nieuws wilt. Hiertoe zijn er ook apps zoals Unitedwardrobe en Vinted. Maar dat is weer digitaal.

Vraag aan jou
Zou je op zo'n kledingruilbeurs komen mét kleding? Of eventueel een bijdrage leveren aan de organisatie? Via deze blog geef ik vooralsnog de informatie door én peil ik dus het enthousiasme. Hoor het graag want als hier veel animo voor is ga ik aan de slag, zeg maar.
Hoor graag van je via jeltinezijlstra@gmail.com





vrijdag 3 januari 2020

Hoe belichaam ik mijn leven als oudere vrouw in een eerste levenshelftcultuur?

Dit jaar had mijn oudste dochter een gedicht voor mij geschreven met kerst; het ontroerde me. Ze had informatie over mijn geboortedag, dichtregels van mijn vader voor mij en haar eigen taal aan elkaar geregen tot een prachtig geheel. En kennelijk kreeg ik met mijn geboortedag mee dat ik een grensverlegger ben. Nou, dat snap ik wel. 


En aan grenzen verleggen zitten natuurlijk meerdere kanten: ten eerste vraagt het van me dat ik me bewust ben van mijn eigen grenzen, het fenomeen grenzen überhaupt. En ten tweede vraagt dat bewustzijn over de grenzen buiten jezelf: van andere mensen, van dieren, van natuur, van geld, van maatschappij enzovoorts. David Whyte heeft het dan over 'life at the frontier, the conversational nature of reality'. Want niks is absoluut of waar, het is elke keer weer ervaren en checken, in gesprek blijven; met jezelf en met de ander. De moedige gesprekken voeren. Wetende dat niemand gelijk heeft maar dat de waarde zit in de ontmoeting en de werkelijke belangstelling. 
Of Dirk de Wachter die zei: 'Je krijgt jezelf via de ander'. 

Of zoals mijn dochter schreef:
'Geboren op de dag van de grensverleggers
een Tweeling, jij en een ander
in balans door de ander'.


Ik word ouder in een eerste levenshelftcultuur, een cultuur van ontwikkeling, van streven naar meer, beter, groter. En in de eerste helft van je leven ben je daar mee bezig, is dat een soort natuurprincipe. Waar het echter momenteel mank gaat is de acceptatie van die tweede levenshelft, transparantie, het loslaten, het afsterven. Paul de Blot zegt dit zo prachtig, zie mijn vorige blog

Elizabeth Gilbert zei in een interview dat het lastige voor veel vrouwen van mijn leeftijd (vijftigplus) is dat je voor het eerst weet hoe waardevol je bent maar dat tegelijkertijd de wereld je niet meer als waardevol ziet. Eerder maakte ik ook een blog over David Whyte waarin hij stelt dat het traumatiseert als je niet kunt geven wat je te geven hebt; dat dat iets is wat je je het nog het meeste realiseert op de drempel van leven naar dood. 

Quote van Elisabeth Eybers
Nu (hoop ik) daar nog niet te zijn, op die drempel maar ik ben natuurlijk wel in mijn tweede levenshelft en ik merk ook dat ik steeds zichtbaarder word voor mijn omgeving alleen is het erg rustig in die omgeving, is het aantal geïnteresseerden niet zo groot zeg maar.
Hoe zit dat nu? Je hebt iets te geven, iets waarvan je langzamerhand ook wel denkt dat het van waarde is. Maar wie heeft daar belang bij? En in welke vorm giet je dat dan? 
Stel ik word 100 wat ga ik dan de komende veertig jaar doen? Wat is mijn levensperspectief? En(/of): hoe belichaam ik mijn leven?
Troost is de kunst van het stellen van de mooie vraag zegt Whyte en met de vraag over het belichamen van mijn leven kan ik wel wat.

Lichaamsbewustzijn is belangrijk want als je uit je lijf bent dan kan iedereen binnenkomen; dan zijn er geen grenzen. En Wibe Veenbaas zegt: als je niet incarneert dan besteed je je existentiële angst uit. En één ding weet ik zeker: ik wil graag een bijdrage leveren aan het verminderen van de angsten in de wereld. Lisette Thooft, die hier in het voorjaar ook weer komt voor een schrijfworkshop, geeft handvatten in dit filmpje over het bekend raken met je lichaam en de informatie die het geeft. 

Voor die ontmoeting met 'de ander' nodig ik je graag uit voor een moedig gesprek, a courageous conversation aan de grens, over grenzen op vrijdag 7 februari, half tien, bij Postplaza. Laat wel even weten dat je komt via de mail want teveel werkt niet.